Beroepsstress

Beroepsstress (ook wel werkstress of werkgerelateerde stress genoemd) ontstaat in situaties waarin een werknemer niet over de middelen of capaciteiten beschikt om zijn werk uit te voeren. De symptomen van werkstress kunnen fysiek of emotioneel zijn en leiden vaak tot letsel, een slechte gezondheid van de werknemer en verminderde werkprestaties.

Beroepsstress wordt soms verkeerd geïdentificeerd als uitdagend werk of de normale druk op de werkplek om het goed te doen. Maar er is een dunne lijn tussen onvermijdelijke stress op de werkplek die werknemers verantwoordelijk, gemotiveerd en gedreven houdt om te slagen, en meer intense druk die leidt tot werkstress. Als de werkdruk te hoog wordt, vinden werknemers het moeilijk om ermee om te gaan. 

Beroepsstress treedt op wanneer een werknemer te maken krijgt met beroepseisen en stress op de werkplek die niet in overeenstemming zijn met hun capaciteiten of de middelen die ze hebben gekregen. Werknemers met de grootste kans op werkstress bevinden zich in een omgeving waar de prestatieverwachtingen hoger zijn dan hun capaciteiten. De kans op werkstress wordt nog groter op werkplekken waar werknemers het gevoel hebben dat ze geen steun krijgen van het management en collega's of geen controle hebben over hun werk of ondersteuning.

Maar welke factoren leiden tot stress op het werk? Beroepsstress wordt vaak in verband gebracht met de volgende oorzaken:

• Slechte werkomstandigheden

• Slechte werkorganisatie

• Slecht beheer

Onderzoek wijst uit dat werknemers minder snel beroepsstress ervaren als ze een opleiding en vaardigheden hebben die passen bij de taken en uitdagingen van hun baan. Werknemers die inspraak hebben in de manier waarop ze hun werk uitvoeren en werknemers die beslissingsbevoegdheid hebben gekregen op het werk, hebben minder kans op werkstress dan werknemers die zich niet gesteund voelen op het werk.

Verschillende stressgerelateerde gevaren kunnen leiden tot werkstress. Het vermogen om die triggers te herkennen is waardevol, omdat het de mogelijkheid biedt om ze op je werkplek te vermijden of veranderingen aan te brengen die deze stressfactoren voor je werknemers verlichten.

Veel voorkomende stressgerelateerde werkrisico's die tot werkstress kunnen leiden, kunnen worden onderverdeeld in twee groepen: werkinhoud en werkcontext. Werkinhoud verwijst naar de praktische overwegingen van een baan en omvat zaken als:

• Werkdruk en tempo. Beroepsstress kan optreden wanneer werknemers te veel of te weinig werk hebben in verhouding tot de tijd die ze aan het werk zijn.

• Werktijden. Dit heeft betrekking op de duur van de ploegendiensten en op elementen van het ploegendienstontwerp, zoals of werknemers de gelegenheid krijgen om te socialiseren en de flexibiliteit van de roosters. 

• Participatie en controle. Werknemers die het gevoel hebben dat ze de macht hebben om beslissingen te nemen over hun werkprocessen en het tempo en de uren van hun werk, zullen wellicht minder snel beroepsstress ervaren.

Werkcontext verwijst naar de abstracte elementen van een baan. Dit omvat zaken als baanzekerheid, de beschikbaarheid van promoties en loonsverhogingen, de cultuur op de werkplek, transparante prestatie-evaluatiemetrieken en het vermogen van de werknemer om een gezond evenwicht te vinden tussen werk en privé. 

Door werkplekken te bevorderen waar werknemers zo min mogelijk worden blootgesteld aan stressgerelateerde risico's die verband houden met de werkinhoud en de werkcontext, wordt de kans kleiner dat werknemers werkstress ervaren. Je kunt deze stressfactoren minimaliseren door:

• Werkdruk op verantwoorde wijze verdelen en zorgen voor pauzetijd voor werknemers

• Positieve en bevestigende werkculturen opbouwen

• Duidelijke verwachtingen en evaluatiemetriek

• Zorgen voor veilige en comfortabele werkomstandigheden